zaterdag 30 maart 2013

WERKPLEINONDERHOUD

haar borsten dienen protocollen
ik schud haar staatsgreep
neem plaats
op de burgerservicestoel
tot mijn nummer geaccordeerd
 
vatsige lippen
vuren ongeleide projectielen
langs mijn ongehoorde tijd
ik schuil mij achter werkdossiers
slechts vacatures zijn geraakt
 
ik herzie mijn houding
belijd oprecht mijn arbeidshonger
benoem mijn inspanningsvermogen
waarmee ik pijlen in de roos
doch zij kent enkel afvalwoorden
 
haar tepels zijn verhard
tronen weerbarstig het bureaublad
de opwinding vol kloven
want ik bevredig mij
voorbij het protocollenrijk
 
© JELOU

dinsdag 26 maart 2013

ONBEKEND BEKEND



Waar was het toch dat ik
jou op mijn netvlies
exact nog kan vertellen
wat je droeg

ik zie je nu, we groeten
ik ken jou maar
jij kent mij maar
waarvan ook alweer

je naam mij onbekend
tracht ik het te pakken
de herkenning van
je haar, je lach

zoiets kan ik niet uitstaan
waar was het toch dat ik
je steeds weer zag
en wij elkaar bekend

en opeens besef ik mij
dat ik geen Korsakov
maar jij de kassavrouw
die daags mijn koopjes bliept

al meer dan twintig jaar.

© JELOU

woensdag 20 maart 2013

WAT HEET



het is een crime zeg jij
die prijzen van groente
fruit en
zelfs de eigen-merk-broden
zijn 40 cent gestegen

ik knik

en samen kijken we een film
op je nieuwe LED-scherm
schuif je vakantiebladen
van tafel

nu is er ruimte voor een glas
straks voor een ski-vakantie

jij weet wat het is
om krab te moeten leven

© JELOU

maandag 18 maart 2013

DEN ZONDAG



Wij droegen brave befjes
opdat geen aanstoot
in des Heeren Huis
al broeiden wij taboe
in bonte overbroekjes

onze gebreide kousen
sierden de halve dooien
in een busje van de Gall
op weg naar stadsgeloof

de stijve houten banken
mijn onderduikadres
voor hoge schaamroodschuld
zodra de Tien Geboden

mijn heidense vriendin
keek thuis intussen Tarzan
hun goddeloze chips
meer liefdevol geknabbeld
dan onze rollen King

en tijdens ’t eindgebed
vervloekte ik de goden
omdat ik haar juist lief.

© JELOU

zondag 17 maart 2013

AVONDMAAL



We aten versgebakken schuld
het zwartgeblakerd spek
verstrooid over de boeteborden

de pan bleek onverbiddelijk
gelijk mijn vaders ladenkast
vol ongekuiste vleesrecepten

dank u voor deze spijze
kreeg plots een and’re diepgang

© JELOU

zondag 10 maart 2013

GROEIVREES



Het was na gymnastiek
dat ik het zag

zij lag voor op ons
in leeftijdsstatistiek
lengte
en begroeiïng

ik stond verstijfd
dat hele lijf vol zwart
gewas

het krullend git
dat elke holte puilde
elke naad of vouw

zij lag voor op ons
was reeds een vrouw
een lichte snor zelfs daar

ik vond het niks
wenste mij vanaf toen
nooit een vrouw als zij

dat God het bij mij
wat kariger
en zuinig aan zou doen.

© JELOU

LIU SHENG HE (Chinese)



donderdag 7 maart 2013

DROOMWERELD



Het is zíjn schilderij
waarin hij, alleen maar hij
kan dartelen en draaien daar
waar anderen verbannen,
kan zijn wat hij wil zijn

Doorheen de rode nevel
vol van sereniteit
verglijdt zijn tijd in rust
in daar waar hij bevrijd
verlichte passen zweeft

en zie, ze zijn er weer
de slierten grijs en blauw
als dagen ze hem uit
in ritmisch zachte vingers
om hem, om hem alleen
langs lang vergeten grauw

Hij tracht ze aan te raken
reikt vrij gelijk een kind
de vrolijkheid nabij
maar eenmaal in de buurt
lossen ze op, vervagen

doch zie, ze zijn er weer
en verder gaat het spel
zijn voeten deinen zand
zijn hoofd omringd door kleuren
in zijn, zijn niemandsland.

© JELOU

 N.a.v. het boek BOSIMMER

woensdag 6 maart 2013

VRIJE VLUCHT



De kamer leek vereeuwigd
tot een getralied samen
de gang een lang perron
met mensen zonder naam

Maaltijden dienden jaren
in zwijgzaam wachtend eten
tot steeds maar weer die schrik
als er opnieuw bericht
de tolk opnieuw verslag

De nacht stommelt rumoerig
verderop huilt een kind
het zijne ligt tevreden in slaap
diep weggegleden
bij haar, zijn trouwe vrouw

Hij staart het donker in
de brief nog in zijn handen
de stempelinkt vervaagd
door wat zijn ogen brandt

Zij knikt weloverwogen
de tijd van weten daar
hij tast wat in zijn zakken
vlijt zich zacht naast haar neder
en kust hun kind en haar

de kamer stil vereeuwigd
met mensen zonder naam.

© JELOU

vrijdag 1 maart 2013

WHO AM I



Wherever you’re laying your head
staring into the sky
never, no never ask why
memories sometimes seems drifting away
lost in the clouds without leaving a trace
‘cause one day they’re all coming by

Look at the birds with your eyes open wide
listen their every-day’s song
wait until sunset is whispering a sigh
a red-coloured glow you among

inhale the birth of the little green grass
waiting for spring just to come
laugh at a frog who is jumping too fast
while time is still going along

Wherever you’re laying your head
wondering what to do
never, no never ask who
can give you the answers about wrong or right
you only can share all your doubts and hold tight
to them who let you being you

Try to remember what love is about
count all your needs and your haves
notice in silence your soul en let out
the beautiful moments and laughs

look in the mirror and ask yourself true
if this is what you want to be
let go what others pretend you to do
and soon you can say: this is me

wherever you’re laying your head.

© JELOU